Toespraak voor begrafenis of crematie schrijven
Een goede afscheidstoespraak is een verhaal dat de nabestaanden troost in tijden van rouw. Ook wanneer u zelf als nabestaande een toespraak wilt houden, kan dit helpend zijn bij het loslaten van de overledene. Het schrijven van de toespraak is op zich al een vorm van rouwverwerking.
Hoe schijf ik een goede afscheidstoespraak?
De toespraak op een uitvaart vertelt meestal iets over het leven van de overledene, de passies, de kenmerkende eigenschappen, de eigenaardigheden en wat de overledene in het leven heeft bereikt. Als nabestaande komt daar nog een extra dimensie bij: uw relatie met de overledene. De beste tip voor het schrijven is van een toespraak is: schrijf vanuit uw hart. Wanneer de woorden oprecht zijn, kan er eigenlijk niet veel mis gaan.
De opbouw van een toespraak
Een toespraak bestaat altijd uit een begin, een middenstuk en een eind.
De inleiding: introduceer de rode draad
Het begin is voor de meeste mensen lastig. Mensen die het gewend zijn te spreken voor grote groepen, durven misschien te starten met een sterke anekdote die direct de toon zet. Ook al is de gelegenheid verdrietig, een positieve noot in de geest van de overledene kan er ook voor zorgen dat de spanning er even vanaf gaat (ook bij uzelf). Bovendien heeft u direct de volledige aandacht van de toehoorders. De meeste mensen zijn het echter niet gewend om te spreken in het openbaar en kiezen liever voor een veilige optie. In dat geval kunt u volstaan met een woord van welkom.
- “We zijn hier vandaag bij elkaar gekomen om afscheid te nemen van (…)”
- “Familie, vrienden en andere genodigden, ik heet u van harte welkom in deze kerk waar wij vandaag afscheid zullen gaan nemen van (…)”
- “Lieve familie en vrienden van (…), wat fijn dat u gekomen bent.”
De kernboodschap
Het woord van welkom is de start van de inleiding. De functie van de inleiding is het introduceren van de kernboodschap. De kernboodschap is datgene wat u wilt overbrengen met uw toespraak, de rode draad van het verhaal. De kernboodschap kan bijvoorbeeld zijn dat de overledene iemand was die nooit opgaf, die boven alles van zijn gezin hield en daar hard voor werkte of dat hij een liefdevol persoon was die altijd voor iedereen klaar stond. Een goede kernboodschap is voor de toehoorders herkenbaar en troostend.
Het middenstuk: de kernboodschap ondersteunen
In het middenstuk wordt de rode draad met voorbeelden ondersteund. Aan de hand van het levensverhaal van de overledene kunt u anekdotes vertellen die laten zien wat voor iemand de overledene was en wat hij voor u betekende. Beperk u hierbij niet tot het benoemen van eigenschappen, een verhaal wordt pas echt tastbaar wanneer u in beelden spreekt.
- “Na 10 jaar gewerkt te hebben bij de bank, besloot hij een carrièreswitch te maken. Hij wilde meer tijd doorbrengen met zijn gezin, want zijn gezin betekende alles voor hem.”
- “Bij (…) kon je altijd terecht. Zoals die keer dat ik mezelf had buitengesloten en hij mij midden in de nacht kwam ophalen in zijn pyjama (vertel anekdote).”
- “Zelfs tijdens zijn ziekte bleef hij hoop houden en vertrouwen op God. Hij was niet bang om te sterven, hij straalde vertrouwen uit.”
Het slot: teruggrijpen op de rode draad
In het slot wordt vaak weer letterlijk teruggegrepen naar de kernboodschap. Daarnaast is dit de plek om vooruit te kijken. Vertel hoe uw leven er nu al anders uitziet zonder uw dierbare. Vertel wat u het meest aan uw dierbare zult missen. Tot slot is dit de plek om mensen te bedanken voor hun komst.
- “En zoals hij bij leven vertrouwde op God, mogen wij nu vertrouwen dat hij rust heeft gevonden bij zijn Vader.”
- “Ik zal hem missen: zijn humor, zijn arm om mijn schouder en zijn goede raad.”
- “Nooit meer zijn flauwe grappen, nooit meer zijn bezorgde vragen, nooit meer zijn ongevraagde advies. Pas nu weet ik hoezeer ik dat zal missen.”
Praktische tips
- Schrijf de tekst helemaal uit, vertrouw niet alleen op steekwoorden. Een uitgeschreven tekst kan juist wanneer u geëmotioneerd raakt een goede leidraad vormen. Komt u door emoties echt niet meer uit uw woorden? Dan kan de tekst eventueel door iemand anders worden voorgelezen.
- Gebruik een groot lettertype (minimaal 14pt.).
- Gebruik korte zinnen.
- Vermijd schrijftaal, schrijf zoals u spreekt.
- Knip de tekst op in alinea’s van maximaal 100 woorden (blokken).
- Voorzie de tekst van paginanummers.
- Reken op circa 100 woorden per minuut, een toespraak duurt gemiddeld tussen de 2 en de 10 minuten.
- De eerste versie is nooit de definitieve versie. Oefen de tekst hardop en blijf schrappen en bijschaven totdat u tevreden bent.
- Bekijk de zaal voordat de uitvaart begint en test de geluidsapparatuur. Zorg voor een glaasje water bij het spreekgestoelte.
Wat zijn de do’s & don’s bij het schrijven?
- Een afscheidstoespraak is een persoonlijk verhaal en bevat daarom vaak elementen die u in het gewone leven niet snel zult delen. Bedenk u goed dat u niet alles hoeft te delen. Deel alleen die zaken waar u zich prettig bij voelt en waar u geen andere mensen mee kwetst.
- Het kan zijn dat u geen goede relatie had met de overledene of dat er onuitgesproken kwesties spelen. Het is aan te raden om slechte eigenschappen niet uit de weg te gaan. Het maakt uw toespraak oprecht wanneer u de overledene niet afschildert als een heilige, maar een herkenbaar beeld schetst. Iedereen heeft echter positieve kanten, probeer deze te benadrukken. Een afscheidstoespraak is niet de plaats om de vuile was buiten te hangen. Houd het altijd respectvol naar de overledene en de nabestaanden.
- Veel mensen richten een afscheidstoespraak direct tot de overledene. Het is niet verkeerd om dit te doen, maar bedenk u dat dit voor de toehoorders ongemakkelijk kan zijn. Een toespraak op een uitvaart is in de eerste plaats bedoeld voor de nabestaanden. U kunt altijd op het eind een warm woord tot de overledene richten.
- Wees voorzichtig met humor. Humor kan het ijs breken en lucht geven aan een zwaar beladen verhaal. Te veel of misplaatste humor kan echter respectloos overkomen.
Tot slot
Onthoud altijd dat dit een bijzondere gelegenheid is waarbij u niet wordt beoordeeld op uw prestatie. U mag haperen, woorden verkeerd uitspreken, zich vergissen en u mag door emoties overmand raken. Dit is niet prettig, maar volstrekt normaal. Wees dus niet te hard voor uzelf.